Over de grasslands naar Songpan

op Gepost in China 2012 Hits: 2438

Het is weer vroeg als we vertrekken uit Langmusi. Er is nog weinig volk op straat en de meeste actie komt van de boer die z'n yaks door de straten drijft. Mooie beesten zijn het, zo groot en indrukwekkend en evengoed zo schijterig als je op ze afloopt. Het is de enige afleiding op dit uur want verder blijft het stil. Iets te stil eigenlijk want de bus komt niet opdagen.

 

 

 

Na wat rond gevraagd te hebben zijn we overtuig dat ie echt niet meer gaat komen en is het tijd voor plan B. Met een minibusje laten we ons afzetten bij de provinciale weg een kilometer of 10 verderop. Dan maar liften vanaf hier. De eindbestemming is Songpan maar we gaan eerst wel eens proberen in Zoige, ongeveer halverwege, te komen. En dat valt dan ook weer niet mee. De weinige auto's die passeren zitten al vierkant vol. Sommige stoppen evengoed wel, ze vinden het kennelijk wel interessant. Dan de aandacht maar verlegt naar de trucks die voorbij komen. En dit heeft meer succes, we kunnen al snel meerijden.

Richting Zoige liggen de enorme grasslands. Zo enorm weids. Af en toe een dorpje en verder alleen maar kleine heuvels met daar tussen de groene vlaktes die soms ook vol staan met bloemen. En er lopen yaks, heel veel yaks. Ik geloof niet dat ik ooit zoveel runderen heb gezien op een dag. Het moeten er duizenden, nee honderdduizenden zijn. Meestal verspreid over de ruimte als krenten in de pap. Soms als een groep over de weg gedreven door een man te paard. Ergens halverwege besluit onze lift te stoppen, midden op een vrijwel lege vlakte. Alleen vlak langs de weg zit een yak, maar die ziet er uit alsof z'n laatste uur gekomen is. Het lukt hem niet eens meer om voor ons weg te lopen. Het zit er wel vol met een soort van kleine hamsters. Ze kijken heel mans vanuit de rand van hun holletje de wereld in, maar bij het kleinste vermoeden van onraad verdwijnen ze onder de grond. Niet voor niets want het zit hier vol met roofvogels. Hier even een break genomen en na een minuut of tien weer op pad.

In Zoige aan de rand van het stadje afgezet en richting centrum gelopen. Al vrij snel worden we aangesproken door een meisje wat ons wel even naar het busstation wil loodsen. Opvallend dat je toch op de plekken waar je het eigenlijk niet verwacht weer iemand ontmoet die net genoeg Engels spreekt om je verder te helpen. De wegen in het centrum van Zoige verkeren kennelijk ook in permanente staat van constructie en het is er na de regen van gisteren een ongelooflijke blubberbende. Bij het busstation kaartjes gekocht voor de eerstvolgende bus naar Songpan. Het duurt nog een uurtje of drie voor hij vertrekt dus de stad in om wat te eten.

Zoige is een eigenlijk helemaal niet zo'n vervelend stadje. Het heeft een overwegend Tibetaanse bevolking en dus ook een heel gekleurd straatbeeld. Veel nomaden van de omliggende grasslands die hier hun inkopen komen doen. Wel veel bedelaars, in het restaurantje waar we zitten komt de een na de ander een rondje door de zaak doen. De vrouwen die het runnen proberen het deurbeleid te verscherpen maar dit ontaard bijna in een gevecht tussen de dames en de bedelaarsters. Hard tegen hard.

De bus naar Songpan doet er vervolgens nog een uurtje of wat over en dan zijn we voor vandaag op bestemming.,