Om acht uur de bagage in de auto gepropt en vertrokken. We verlaten de highway en rijden ongeveer een uur lang over een dirtroad richting de Lamaling tempel. Deze tempel heeft een heel aparte bouwstijl. Het is een soort ronde toren, eigenlijk lijkt het wel een vuurtoren. Een prachtig gebouw.
Buiten lopen oude vrouwen met gebedsmolens rondjes om de tempel terwijl ze zacht hun gebeden prevelen. Bouke heeft foto's van de Daila lama mee en geeft er een paar aan de vrouwen. Ze zijn er ontzettend blij mee.

Deze tempel is ook door Lobsang nog nooit bezocht en hij is erg onder de indruk. Vooral omdat er hier een hoge lama woont die afstamt van de lama die ooit deze tempel heeft gebouwd. We bezoeken de woonruimte van de lama. Hij is zelf niet aanwezig maar zijn zuster geeft zegeningen. We worden allemaal gezegend en krijgen wat geneeskrachtige kruiden mee. Als we de tempel verlaten komen we de lama zelf ook nog tegen. Hij is bezig met een nieuwbouw en staat in z'n bodywarmer(!) op de steiger.
In een klein dorpje nabij de tempel staat nog een kloostertje. Het is al 1300 jaar oud en heeft de culturele revolutie gedeeltelijk overleefd. Het gebouw is nog oorspronkelijk, de inrichting is destijds allemaal vernield.
Zoals bij de meeste bezoeken overlegt Lobsang eerst uitvoerig met een monnik uit het klooster om interessante informatie te verkrijgen. Vervolgens krijgen wij dan uitvoerige uitleg. Hij weet zelf ook ontzettend veel over het geloof en de betekenis van alle verschillende buddha's en beschermers. Geregeld stelt hij bij een beeld een soort overhorings vraag om te kijken of we het kunnen volgen maar het is erg moeilijk om alles uit elkaar te houden. Maar heel boeiend om te proberen te begrijpen.
Na dit bezoek dezelfde weg weer terug naar Bayi. Hier weer de zuidelijke highway op. De weg is hier in goede staat. Je kan merken dat we dichter bij Lhasa komen. Er is nu meer verkeer en er zijn ook chinezen die een dagtrip vanuit Lhasa maken.
De volgende stop is in Namse zampa (Bahel bridge). Het is een truckersstop dorpje van niets bij de splitsing met de weg naar Basong Tso lake. Het heeft wel een leuke Tibetaanse uitstraling. Bij een Tibetaans restaurantje heel lekker gegeten. Het eten wordt voor je neus op de kachel bereid. Aan de voorzijde wordt ook het een en ander verkocht en hier liggen ook wat kleine belletjes te koop. We maken een mooie deal met de prijs van het eten en de belletjes. Vervolgens alvast de overnachting geregeld in dit dorpje. Het is een oud Tibetaans huis waar we met z'n vieren een kamer aan de voorzijde hebben.
Dan naar het Basong Tso lake. Je kan merken dat dit eenvoudig te bereiken is vanuit Lhasa want er zijn veel Chinese toeristen. En dat heeft tot gevolg dat je opeens weer moet betalen voor de toegang. Het meer is veel groter dan het Rawok lake en heeft ook een mooie turqoise kleur. Helaas is het weer omgeslagen en is het bewolkt met veel wind.
In het meer ligt een klein eilandje met een klooster. Er is een soort pondjes verbinding waarbij je van het ene op het andere pondje moet overspringen om bij het eilandje te komen. De vlotten zijn gemaakt van boomstammen en liggen net boven het water.
Het klooster op het eiland blijkt een nonnenklooster te zijn wat wordt bewoond door drie nonnen. Het heeft nog een orginele heel oude beschermer staan en ziet er verder ook erg fraai uit. Op verschillende plekken op het eiland staan gebedsvlaggen en wordt gebeden aan het water. Bij deze gebeden wordt een wit zijden sjaaltje in het water gegooid.
Als we de pondjesroute terug nemen blijkt de wind nog verder opgestoken. De vlotten hebben het zwaar te verduren en de golven slaan er overheen. Het lukt dan ook niet om met droge voeten de overkant te bereiken. We kunnen eerst het water uit de schoenen gieten!
Deze avond eten we in het guesthouse waar we ook overnachten. Het heeft een gezellige Tibetaanse inrichting met mooi gedecoreerde lage banken en tafels. Bouke en Judith hebben een VCD box over tibet gekocht en deze kunnen we hier op de tv kijken. Er valt nog veel te zien in Tibet!